De oudere hond/de oudere kat

In de dierenartsenwereld spreken we van een senior dog of kat vanaf 7 jaar.

Vanaf nu kan je best je dier bij elk bezoek extra laten controleren. Zo kunnen eventuele ziektesymptomen in een vroeg stadium ontdekt worden. Hoe vroeger een diagnose gesteld wordt, hoe beter er kan worden behandeld.

Het is daarom aangeraden om vanaf de leeftijd van 7 jaar geregeld een bloedonderzoek te laten doen. Zo krijgen we een beeld van de werking van de inwendige organen zoals lever, nieren, …
Voor oudere dieren hebben we een speciale voeding voorzien. Deze voeding bevat stoffen die de orgaanfuncties beschermen en versterken. Ook voedt het de spieren zodat er minder snel een daling in spiermassa optreedt.

We beschikken ook over voedingssupplementen en eventueel medicijnen om ongemakken zoals stramheid en doffe vacht te verhelpen.

Waar kan u als eigenaar extra op letten?

  • Meer drinken en plassen
  • Vermageren
  • Stramme gewrichten
  • Verwarring
  • Dikke buik
  • Gezwellen

Diensten

Tanden

Goede tandhygiëne van uw huisdier is van vitaal belang! Als eigenaar is het belangrijk dat u weet hoe u deze problemen kan voorkomen. Er zijn verschillende dingen die u preventief kan doen voordat een behandeling met ultrason noodzakelijk is.

Oorzaken van tandaandoeningen

  • slechte mondverzorging
  • bepaalde rassen zijn er gevoeliger voor (bv. yorkshire terriers , maltezers, abessijnse katten,..
  • voeding (blikvoeding of brokken van slechte kwaliteit)
  • oudere dieren

Symptomen van tandaandoeningen

  • kwijlen
  • verlies van tanden
  • slechte adem
  • geelbruin tandsteen
  • rood of bloedend tandvlees
  • pijn bij het eten
  • verandering in eetgewoonten

Preventie

  • poetsen van de tanden. Gebruik hiervoor enkel speciale hondentandpasta en een hondentandenborstel. In mensentandpasta is er teveel fluor aanwezig.
  • kauwen op kauwstrips met enzymen. Bij het kauwen komen de enzymen vrij en deze enzymen vallen de bacteriën aan die tandplaque veroorzaken. De meeste kauwstrips die u in de winkel kan kopen werken enkel op basis van mechanische reiniging. Het is daarom aan te raden de kauwstrips bij uw dierenarts te kopen met enzymatische reiniging.
  • vloeistof in het drinkwater van de hond/kat doen ter voorkoming van tandplaquevorming. Dit is een aangename smaak voor hond/kat en geeft ook een frisse mondgeur!
  • kwaliteitsvolle voeding. Dit is de basis van een gezond gebit. Voeding van bv. Virbac, Hill’s en Eukaneuba hebben een dubbele werking: De brokken zijn omhuld met een combinatie van mineralen (polyfosfaten). Dit wil zeggen dat tijdens het knabbelen de knapperige brokken tandplak helpen weg te schuren. Hierdoor komen de mineralen vrij, ze hechten zich op het tandplak en voorkomen tandsteenvorming, ook na de maaltijd.Zo heeft Hill’s ook een extra grote brok (Hill’s t/d). Uw huisdier wordt verplicht van te kauwen i.p.v. alles in keer naar binnen te schrokken

Behandeling

Eenmaal je hond teveel tandsteen heeft en één van bovenstaande symptomen vertoont, maak je het best een afspraak voor de tanden te detartreren met een ultrason.

Ontvlooien/teken

Wanneer het kitten reeds een tijdje thuis is kan ze best een keer ontvlooid worden. Daarna 2 à 4 keer per jaar herhalen.

Zomermaanden: om de maand herhalen!

Gebruik steeds de gepaste producten! Vraag ons om advies, niet alle producten zijn geschikt voor uw kitten!

Ontworming

Kittens jonger dan 3 maand:
Kittens kunnen best ontwormd worden op 6, 8, 10 en 12 weken

Kittens jonger dan 6 maand:
Ontwormen op 4, 5 en 6 maanden

Katten ouder dan 6 maand:
2 à 4 keer per jaar ontwormen

Op reis

Met je huisdier

In de meeste landen van de Europeese unie gelden dezelfde regels als in België/Nederland. Je huisdier moet naast een Europees paspoort (blauw boekje), een chip en de standaardvaccinaties ook een Rabiës of hondsdolheidvaccinatie hebben. Deze vaccinatie is pas geldig 21 dagen na inenting. Om problemen aan de grens te vermijden kan je best tijdig een afspraak maken.

Voor Zuiderse landen zoals Frankrijk en Spanje kan je best een aangepast teken en wormen product toedienen. In deze warme streken kunnen onder andere zandvliegjes en hartworm voor ernstige ziektes zorgen. Informeer tijdig bij ons voor de juiste producten.

Kort samengevat

Waar je ook heen gaat, informeer tijdig welke voorwaarden gelden om de grens over te mogen. Neem gerust contact met ons op, wij helpen je graag verder.

03/666 06 55

Let op: Er zijn echter uitzonderingen zoals bepaalde Scandinavische landen en het Verenigd Koninkrijk. Je kan ons contacteren voor meer details.

Verenigd Koninkrijk even op een rijtje.

Gelukkig is quarantaine niet meer nodig als je de volgende regels in acht neemt.

Leeftijd
– Een pup jonger dan 3 maanden mag sowieso het land niet binnen.

Ras
– Valt je hond onder één van volgende 4 rastypes mag hij weerom het land niet binnnen. Deze 4 rastypes zijn: Pitbull Terrier, Argentijnse Dog, Fila Brasiliero en de Japanse Tosa. Met rasypes wordt bedoeld elke hond die uiterlijke kenmerken vertoont van deze rassen.

Ontwormen/onvlooien
– Honden en katten moeten met een product goedgekeurd door het VK ontwormd en ontvlooid worden. Dit moet door een dierenarts gebeuren en vervolgens afgestempeld worden in het Europeese paspoort. Let er wel op dat dit tussen 24-48h voor het inchecken is gebeurd.

Zonder je huisdier

Uiteraard kan het best zijn dat je viervoeter niet mee op reis kan. Neem tijdig contact met ons op voor de juiste informatie. Voor de meeste kennels en pensions heb je een kennelhoestvaccinatie nodig. Hiernaast moet je dier correct ontwormd en onvlooid zijn.

Ook kunnen we je helpen bij het zoeken naar een goed logeeradres waar zowel de hond,kat en paard terechtkan.

Operatie

U kan bij ons terecht voor diverse operaties.

– Castratie/sterilisatie
– Wegname tumoren
– Navelbreuk
– Verwijderen vreemde voorwerpen (balletjes, sokken, draadjes,…)
– Blaasstenen
– Oogproblemen
– Bioptname van gezwellen
– Oorhematoom (bloedoor)
– Wonde
– Tandverzorging
– …

De verschillende stappen van een operatie

Stap 1: de voorbereiding
– Uw dier moet, net zoals bij mensen, nuchter gehouden worden voor een operatie. De avond voor de operatie mag het dier geen eten meer krijgen na 20h. Drinken (water) mag tot ’s morgens.

LET OP: dit geldt NIET voor konijnen en andere knaagdieren. Deze dieren MOETEN eten tot aan de operatie. (zie operatie konijn)
– Zorg ervoor dat uw dier proper is. Indien nodig een wasbeurt geven.
– Is het lang geleden dat uw dier nog ontvlooid/ontwormd is? Herhaal dit dan. Zo is uw dier in topconditie en kan hij geen vlooien overbrengen op andere patiënten.
– Probeer op tijd te komen en rustig te blijven.

Stap 2: de anesthesie
Voor elke patiënt gebruiken we steeds een anesthesieprotocol op maat. Zo kunnen we op de meest veilige manier uw dier in slaap doen.

Laat vooraf zeker weten of uw dier speciale medicatie krijgt. Bepaalde aandoeningen zoals hartprobleem, leverprobleem,… vereisen speciale anesthesieproducten en doseringen.

Stap 3: de nazorg
Na elke operatie overleggen we samen met u de nazorgfiche. Hierin geven we u instructies en extra uitleg.

Bij twijfel kan u ons steeds bereiken!

Vaccinatie hond

De meeste pups hebben reeds bij de moeder op 6 weken een eerste vaccinatie gehad.

  • 9 weken: vaccinatie hondenziekte, rattenziekte, parvovirose en leverziekte
  • 12 weken: herhalen vaccinatie : hondenziekte, rattenziekte, parvovirose en leverziekte
  • Hondenschool/pension/veel in contact met andere honden: vaccinatie kennelhoest
  • Buitenland/Ardennen: vaccinatie rabiës

Jaarlijks: daarna wordt de vaccinatie jaarlijks herhaald (rabiës om de 3 jaar).

Ga je op vakantie? Vraag dan tijdig wat er precies in orde moet zijn voor je reisbestemming!!

Vaccinatie kat

Het schema hieronder is zeer geschikt voor de vaccinatie van uw kat.

  • 9 weken: vaccinatie kattenziekte, niesziekte
  • 12 weken: herhalen vaccinatie kattenziekte, niesziekte
  • Buitenkatten/volledige bescherming: vaccinatie leucose
  • Buitenland/Ardennen: vaccinatie rabiës (hondsdolheid)

Jaarlijks: daarna wordt de vaccinatie jaarlijks herhaald. (rabiës om de 3 jaar)

Aandoeningen waarvoor gevaccineerd wordt

ZIEKTES BIJ KATTEN

Kattenziekte (feliene panleukopenie)

Het parvovirus veroorzaakt bij de kat een ernstige maag-, darmontsteking en kan ook het beendermerg en lymfeknopen aantasten. Bij jonge kittens komt vaak sterfte voor. Een goed vaccinatieschema is dan ook absoluut noodzakelijk.

Symptomen

De meest voorkomende symptomen zijn: koorts, braken, diarree, uitdroging en een sterk verminderde afweer tegenover andere ziektekiemen.

Kattenniesziekte (“kattengriep”)

Bij deze aandoening zijn er meerdere ziekteverwekkers betrokken (herpesvirus, calicivirus en vaak een secundaire bacteriële infectie). De symptomen zijn sterk afhankelijk van de leeftijd en de infectiedruk.

Symptomen

Koorts, verminderde eetlust, niezen, neusvloei, lopende oogjes, zweertjes (ulcers) in de mond en keelstreek met slikmoeilijkheden tot gevolg.

Kattenleucose (kattenleukemie)

Dit virus komt vnl. voor bij wilde of zwerfkatten. Er is intens contact nodig om het virus over te dragen (o.a. bijtwonde, speekseloverdracht, dekking). Na infectie kunnen de katten nog lange tijd gezond zijn alvorens ze symptomen gaan vertonen. Tijdens die periode vormen ze dus een groot gevaar voor andere soortgenoten.

Symptomen

Deze zijn zeer variabel en berusten voornamelijk op het falen van het afweersysteem. Diarree, koorts, bloedarmoede, voortplantingsstoornissen, maar ook tumoren worden frequent gezien.

FLUTD

(=feline urinary tract disease) is een verzamelnaam die door dierenartsen wordt gebruikt om aandoeningen van de lagere urinewegen te omschrijven.

Symptomen

Lijken veel op die bij de mens:

  • vaak plassen
  • langdurig (meestal zonder succes) op de kattenbak zitten persen
  • klagelijk miauwen bij het plassen
  • onrustig rondlopen
  • donkere, soms bloederige urine
  • op verschillende plaatsen in huis plassen
  • likken aan de staart

Als uw kat één van deze symptomen vertoont kan u ons best zo snel mogelijk raadplegen, een volledige obstructie kan levensbedreigend zijn!

Algemeen zijn gecastreerde katers vatbaarder dan kattinnen. Dit omdat hun urinebuis langer en smaller is en bijgevolg makkelijker verstopt kan raken.

Een aantal factoren die het risico op FLUTD doen toenemen zijn:

  • te weinig drinken
  • voeding
  • infecties van urinewegen/blaas
  • overgewicht
  • verminderde beweeglijkheid

Diagnose

Dit is zeker niet eenvoudig!

Urine onderzoek. Hierbij wordt onder andere gekeken naar het aantal rode –en witte bloedcellen, eiwit, kristallen en bacteriën. De meest voorkomende kristallen bij de kat zijn struviet en calciumoxalaatkristallen.

Eventueel aanvullend wordt bloedonderzoek en/of RX/echografie gedaan.

Behandeling

Dit hangt af van de ernst en de oorzaak. Eerst moet de urineweg zo snel mogelijk terug vrij gemaakt worden zodat de kat terug kan plassen. Dit gebeurt soms onder lichte verdoving. Een volledige obstructie kan immers leiden tot nierfalen. Uw kat krijgt gepaste medicatie en moet soms even bij ons blijven aan het infuus. Naargelang het labo-resultaat van urine/bloed wordt er gekeken welke medicatie en voeding uw kat verder moet krijgen.

Voorkomen is beter dan genezen

  • voldoende vers water aanbieden
  • een goed gewicht, dus de kat zeker niet te zwaar laten worden
  • aangepaste voeding (dit hangt af van het soort kristallen en/of urinestenen!)
  • kattenbak nog vaker schoonmaken
  • zo weinig mogelijk stress (nieuw huisdier, verandering van voeding, …)

Tot slot

FLUTD is een erg lastige aandoening. Ondanks inspanningen van eigenaar en dierenarts komt het helaas vaak terug. In de meeste gevallen kunnen we de frequentie en de ernst van de FLUTD perioden duidelijk verminderen. Toch gebeurt het soms dat chirurgisch ingrijpen noodzakelijk is. Dit kan gaan van een blaasoperatie tot een volledige penisamputatie.

Rabies (hondsdolheid)

Zie vaccinaties bij de hond

ZIEKTES BIJ HONDEN

Parvovirose

Dit virus veroorzaakt een ernstige en zeer besmettelijke maagdarmontsteking bij pups. Bij jonge pups kent deze ziekte vaak een dodelijke afloop.

Symptomen

Braken, (bloederige) diarree, uitdroging

Hondenziekte (ziekte van Carré of Distemper)

Deze ziekte wordt veroorzaakt door een morbilivirus, dat nauw verwant is aan het mazelenvirus bij de mens.

Symptomen

Neusvloei, oogvloei, hoest, zenuwsymptomen en soms braken en diarree.

Infectieuze hepatitis

Een ernstige besmettelijke leverontsteking veroorzaakt door een adenovirus (CAV 1).
Deze infectie kent vnl. bij jonge pups vaak een dodelijke afloop. Door het regelmatig en goed vaccineren van een groot deel van de Belgische hondenpopulatie komt de ziekte bij ons nog slechts zelden voor.

Symptomen

Hoge koorts, braken, buikpijn en vaak geelzucht

Rattenziekte (ziekte van Weil of leptospirose)

Deze bacteriële aandoening is ook besmettelijk voor de mens. De bruine rat en andere knaagdieren die voorkomen in beekjes of grachten fungeren als grootste bron van besmetting. Voornamelijk de lever en de nieren worden door deze aandoening aangetast.

Symptomen

Koorts, lever- en nierfalen

Kennelhoest

Dit is een zeer besmettelijke ontsteking van de luchtpijp en bronchen. Zowel virussen (waaronder het honden para-influenza virus, het honden adenovirus type 2 en het distemper virus) als bacteriën (o.a. Bordetella bronchiseptica) kunnen betrokken zijn bij kennelhoest. Deze aandoening komt vaak voor en vermits meerdere pathogenen de ziekte kunnen veroorzaken, is kennelhoest moeilijk te voorkomen. Veel kennels en hondenscholen verplichten de vaccinatie tegen deze ziekte. Het wordt aangeraden om alle honden die regelmatig in contact komen met andere soortgenoten te vaccineren voor kennelhoest.

Symptomen

Een typische droge hoest, soms koorts en verminderde eetlust

Hondsdolheid of Rabies

Hondsdolheid is een virale ziekte die over de ganse wereld voorkomt en die zowel bij mens als dier meestal de dood tot gevolg heeft. Rabies wordt overgedragen door een beet van een besmet dier en veroorzaakt een hersenaantasting die gepaard gaat met gedragsveranderingen (agressie) en andere zenuwsymptomen. Ten zuiden van Samber en Maas is de vaccinatie voor Rabies verplicht. Ook voor buitenlandse reizen geldt deze verplichting.

Symptomen

Plotse gedragsverandering (van depressief tot agressief gedrag), slikmoeilijkheden, overvloedig speekselen, verlammingsverschijnselen

Herpes (hemorrhagisch syndroom bij pups)

Herpesvirose is een aandoening die frequent voor problemen zorgt bij hondenkwekers en kennels. Vele honden zijn drager van dit virus zonder er ziek van te worden. Deze snel dodelijke ziekte treft de jonge pups (<4 weken). Een besmette pup wordt apathisch, wil niet meer eten, vertoont zenuwsymptomen en heeft een te lage lichaamstemperatuur. Het virus wordt genitaal (door de moeder) en via de luchtwegen uitgescheiden. Abortus, mummificatie en foetale resorptie zijn ook beschreven. Door de drachtige teven te vaccineren, worden de jonge pups door de passieve immuniteit, beschermd.

PARASITAIRE INFECTIES BIJ HONDEN EN KATTEN

Waarom ontwormen?

Worminfecties komen over de ganse wereld voor en zijn ook in België nog steeds een bedreiging voor de gezondheid van uw huisdier. Negentig procent van de jonge kittens en pups is besmet met wormen. Ze worden besmet door het eten of drinken van besmet voedsel, het snuffelen aan uitwerpselen of het oplikken van wormeitjes op de grond, mand of kattenbak. Jonge dieren kunnen eveneens geïnfecteerd worden door het drinken van besmette moedermelk of de infectie kan reeds voor de geboorte in de baarmoeder ontstaan.Bij honden en katten kunnen wormen verschillende problemen veroorzaken, zelfs met de dood tot gevolg. Daarnaast kunnen wormen ook de gezondheid van u en uw familie aantasten. Kinderen kunnen tijdens het spelen met de hond of kat de kleine eitjes van spoelwormen inslikken.
Dek de zandbak steeds goed af, het krioelt er vaak van de wormeneitjes.

Welke soorten zijn er?

Spoelwormen

Komen heel vaak voor bij jonge honden en katten. Dieren die bij de geboorte al besmet zijn, kunnen sterven aan longbeschadigingen door de migratie van de larven. Oudere pups en kittens krijgen vaak een typisch dik (wormen)buikje, hebben last van diarree en braken en hun normale groei wordt geremd. Vaak zijn de wormen te zien in het braaksel of de ontlasting.

Zweep-, haak-, hartwormen

Komen gelukkig minder vaak voor, maar kunnen ernstige symptomen veroorzaken. Haakwormen zuigen bloed en dringen binnen via de huid. Ze veroorzaken bloedarmoede, huidirritatie en jeuk hartwormen komen meer voor in zuiderse landen. Vergeet dus niet om voor uw reis hieromtrent advies te vragen aan uw dierenarts.

Lintwormen

Wanneer uw huisdier besmet is met lintwormen, dan worden vaak rijstachtige korreltjes opgemerkt aan de onderkant van de staart. Vaak veroorzaakt dit erge jeuk en gaat de hond “sleetje rijden”.
Lintwormen zorgen ervoor dat de algemene conditie van uw hond of kat achteruit gaat. Vergeet niet uw dier te ontvlooien, want lintwormeitjes worden overgedragen via vlooien.

Wanneer en hoe vaak ontwormen?

Pups en kittens worden op 4 weken voor de eerste maal ontwormd. Afhankelijk van de infectiedruk kan ontwormd worden met een interval van 2 weken tot op de leeftijd van 3 maanden. Het volstaat vervolgens om maandelijks te ontwormen tot het dier 6 maanden oud is. Ontworm zogende teven samen met de pups.
Afhankelijk van het ontwormingsmiddel en de infectiedruk wordt aangeraden om 3-4 maal per jaar te ontwormen.
Indien uw dier in een kennel of pension verbleef of mee naar het zuiden op reis geweest is, vergeet hem dan niet te ontwormen. Ontworm steeds alle dieren terzelfder tijd en ontworm voor het juiste gewicht, dus onderschat het gewicht van uw huisdier niet.

TEKEN

Waarom behandelen?

Wanneer een teek zich vasthecht op een gastheer ontstaat er een lokale ontstekingsreactie. Deze ontsteking gaat gepaard met een harde, rode zwelling van de huid. Meestal is de tekenbeet zelf niet echt pijnlijk, omdat het speeksel een verdovende stof bevat. De ontstekingsreactie die erop volgt kan wel pijn of jeuk veroorzaken.
Teken kunnen echter ook allerlei pathogenen (ziekteverwekkers) overbrengen op zowel de mens als op onze huisdieren. De meest bekende voorbeelden zijn: de ziekte van Lyme, Babesiose (piroplasmose) en Erlichiose. Gelukkig kan gesteld worden dat gedurende de eerste 36 uur na een tekenbeet de kans op besmetting met één van deze ziekten vrij gering is. Dagelijks het dier op teken controleren is dus absoluut noodzakelijk.

Wanneer behandelen?

Teken komen het meest voor in de lente en herfst. Ze komen het meest voor aan bosranden en in struikgewas.
Het is dus aangeraden om vanaf de lente tot de herfst de huisdieren te behandelen voor teken. Dit kan op eenvoudige wijze met een pipetje in de nek. Dagelijks en zeker na elke boswandeling moeten de dieren gecontroleerd worden en aanwezige teken moeten (met een tekentangetje) verwijderd worden.

Spoed

Een spoedgeval beoordelen via de telefoon is niet altijd makkelijk, ook niet voor de dierenarts.

Indien mogelijk behandelen we uw dier liefst in onze praktijk te Kalmthout omdat we daar alle moderne apparatuur ter beschikking hebben om uw dier zo de beste verzorging te bieden.
Hieronder een lijst met vaak voorkomende spoedgevallen. Vertoont uw dier een van deze symptomen dan kan u best meteen komen:

  • niet kunnen plassen (zeker gecastreerde katers)
  • ademhalingsmoeilijkheden
  • wonden/breuken
  • braakneigingen bij honden zonder dat ze daadwerkelijk overgeven, gaat vaak samen met een dikker wordende buik
  • dieren die slachtoffer zijn van een verkeersongeval
  • geboorteproblemen
  • vergiftiging (indien mogelijk de verpakking meebrengen)
  • acute verlamming
  • ingeslikte voorwerpen
  • aanhoudende aanvallen van epilepsie
  • jonge miniatuurpups(Chihuahua, Maltezer,…) die plots zwak en slaperig worden
  • stuipen bij uw dier na het aanbrengen van een vlooienpipet/tekenpipet op de huid

Bij sommige spoedgevallen kan u zelf reeds de eerste hulp bieden.

  • bloedende wonden stelpen met een schone doek
  • jonge hondjes die plots zwak worden suikerwater in de mond druppelen
  • vergiftiging
  • wanneer ze scherpe voorwerpen of kuisproducten hebben ingenomen mag u het dier NIET!!!! laten braken. U moet hen wel overvloedig laten drinken. Door het dier in dit geval juist NIET te laten braken kan het etsende of kwetsende product geen verdere schade aanbrengen in de slokdarm en muil.